Mobielvrije zones op scholen: ‘Ze gaan ineens met elkaar praten’

Een meisje kijkt voor de laatste keer op haar telefoon, die een stuk groter is dan haar hand. Daarna stopt ze het ding, met het scherm nog opgelicht, diep in haar schoolkluis. Dan gaat de bel. Het is half negen ’s ochtends, begin december. De drom leerlingen bij de kluisjes en kapstokken op het Leonardo College in Leiden zet langzaam koers naar de eerste les. Geen van hen heeft een mobiele telefoon in de hand; een gek beeld bij deze generatie tieners. „We zitten in 2.6!”, „Heb je nog een beetje geleerd?”, „Waar is de rest?!”

Een jongen schopt een paar keer tegen zijn kluisje om het goed dicht te krijgen. „Vergeet je oortjes niet”, zegt plaatsvervangend rector Mirre van der Heiden tegen een leerling die de school binnen komt lopen en draadloze oortjes in heeft.

„Ja, die ga ik zo in m’n kluisje doen”, zegt ze.

„Ja, maar doe ze vast even uit als je door de school loopt.”

Op 1 januari gaat het ‘mobieltjesverbod’ in op basisscholen en middelbare scholen in Nederland. Wat in de volksmond een verbod wordt genoemd, is eigenlijk een „dringend advies” van het ministerie van Onderwijs aan scholen om mobiele telefoons alleen nog toe te staan in de klas als ze nodig zijn in de les of bij medische noodzaak. Met deze afspraak wil het kabinet zorgen voor een leeromgeving „waarin leerlingen zich kunnen concentreren, betrokken kunnen zijn en docenten effectief kunnen lesgeven”, schreef demissionair minister Mariëlle Paul (Primair en Voortgezet Onderwijs, VVD) in november in een Kamerbrief.


Lees ook
Smartphoneverbod geldt vanaf komend school jaar ook op bassischool en in speciaal onderwijs

Een middelbare school in Amsterdam werkt met een opbergzak voor smartphones.

Scholen mogen zelf beslissen hoe ze invulling geven aan de afspraak. Op het Leonardo College – een school voor mavo, havo en vwo – oefenden de leerlingen begin december een week met de regel ‘thuis of in de kluis’. Ook in pauzes en tussenuren mochten de telefoons niet tevoorschijn worden gehaald. Na de oefenweek besloot de school – na een enquête onder leerlingen – voorlopig geen totaalverbod in te stellen en de telefoon alleen uit de klas te weren.

Scholieren kijken op hun telefoons in de pauze op het Leonardo College in Leiden. Deze foto is genomen na de telefoonvrije oefenweek.
Foto Bart Maat

Op een dag in die oefenweek is conrector John Melchior in de personeelskamer bezig schaakstukken op schaakborden te plaatsen. Die zet hij straks in de hal. Omdat ze geen mobieltje mogen gebruiken, spelen sommige leerlingen ‘ouderwetse’ spelletjes in de pauzes en tussenuren, zegt hij. „Vooral kaartspelletjes. En we merken dat het qua geluid een stuk drukker is in de pauzes en tussenuren. Ze gaan ineens met elkaar praten.”

Van der Heiden zit bij Melchior aan tafel en zegt dat leerlingen niet te spreken waren over het verbod. „‘Terug naar de Middeleeuwen!’ werd er geroepen. Dus in die zin verraste het ons positief dat het maandag gelijk goed ging.”

Telefoonzak

NRC sprak met acht scholen door het hele land over het aanstaande mobieltjesverbod, zeven middelbare scholen en één basisschool. Elke school vult het anders in. Sommige stellen een totaalverbod in, andere werken met ‘mobielvrije zones’. Er zijn scholen die gaan voor een ‘telefoonzak’ in elk lokaal en scholen waar leerlingen hun mobieltje in de tas moeten houden.

„Bij binnenkomst in de klas gaat-ie in de tas, en tijdens de les is het gebruik van je mobieltje verboden. Buiten de les om mogen leerlingen hun telefoon wel gebruiken”, vertelt Hiske Kromdijk aan de telefoon. Ze is directeur van de Thorbecke Scholengemeenschap (drie locaties in Zwolle), die in september het nieuwe beleid al heeft ingevoerd. „We hebben wel een zone aangewezen waar leerlingen telefoonvrij kunnen kletsen, maar daar wordt minimaal gebruik van gemaakt.”

Praktijkschool De Baanbreker in het Utrechtse IJsselstein hanteert al langere tijd een mobieltjesbeleid en zet dat volgend jaar voort. „Bij ons is de afspraak dat je telefoon óf in je kluis moet óf in de rode bak die in elk lokaal staat”, zegt Ellen Vos, afdelingsleider van het eerste en tweede jaar. „Als we ’m toch zien in de les, dan moet-ie naar een speciaal ‘hotel’, een kastje. Daar kunnen ze ’m aan het eind van de dag ophalen.” Om het geheugen van de leerlingen op te frissen voor 1 januari, zijn er posters gemaakt waarop de regels staan.

rectorAnnemarie Kingma Het beleid rond mobieltjes kan tegen je worden gebruikt in de werving

Veel scholen hadden al afspraken over mobieltjes. Die maken ze nu strenger, of ze wijzen leerlingen en docenten er nogmaals op. „We hadden al jaren in elk lokaal zo’n telefoontas hangen, maar de ene docent gebruikte die wel en de andere niet”, zegt Kromdijk. „Zeker voor nieuwe docenten is het belangrijk dat iedereen zich eraan houdt, anders krijgen zij te horen: ‘Ja, maar in de vorige les mocht het wel.’”


Lees ook
Smartphones verbieden op school: het kán. ‘Leerlingen práten weer met elkaar in de pauze’

Leerlingen op een school in Schagen doen hun mobieltje in een speciale telefoontas voor de les begint.

Concentratieboog

Scholen kijken met een schuin oog naar elkaar bij het bepalen van hun mobieltjesbeleid, want het kan zomaar een afweging voor ouders worden om hun kind wel of niet naar een bepaalde school te sturen, denken ze. „We hebben ons beleid met andere scholen hier in de buurt afgestemd,” zegt Annemarie Kingma, rector van christelijke scholengemeenschap Bogerman, die vier vestigingen heeft in de Friese plaatsen Sneek, Balk en Koudum, „want anders kan het mobieltjesbeleid misschien in de werving tegen je worden gebruikt.”

Over het algemeen zijn docenten enthousiast over het mobieltjesverbod, zeggen de scholen die NRC sprak. „Kinderen waren altijd veel afgeleid. En er werd van alles en nog wat gefotografeerd en gefilmd en op sociale media geplaatst”, zegt Kingma. „Maar het belangrijkste is die concentratieboog: we merkten na de zomer, toen we de aanpak al wat verscherpt hadden, dat die al beter was.”

Sommige scholieren bewaren hun telefoon in een kluisje.
Foto Bart Maat

Er waren, zeggen de scholen, ook wel docenten die niet veel zin hadden in de nieuwe regels. Sommigen zeiden dat ze weinig last hadden van de mobieltjes. Docenten waren bang voor discussies met leerlingen. Of ze vonden dat kinderen moeten leren omgaan met de afleiding van mobiele telefoons.

Volgens de scholen staan de meeste ouders positief tegenover het verbod. Sommigen zagen zelfs graag een totaalverbod op scholen die daar niet aan willen. Een enkeling had een andere zorg. Op het Leonardo College in Leiden stuurde een ouder een bericht met de vraag: „Wat moet mijn kind nu doen in het tussenuur?”

Leerlingen moeten wennen aan het nieuwe beleid of aan het vooruitzicht van het nieuwe beleid, vooral bovenbouwers, die vinden dat ze groot genoeg zijn om verantwoordelijk om te gaan met hun telefoon. Onderbouwers passen zich sneller aan, is de ervaring van de scholen.

leerlingUmama Ik vraag aan random docenten hoe laat het is en kan geen berichten checken

Hoewel? „Heel stom! Heel slecht! We haten het!” klinkt het in de pauze van het Leonardo College in Leiden, als een groepje bruggers wordt gevraagd wat ze vinden van het mobieltjesverbod in de oefenweek. „Ik ben zo vaak naar het verkeerde lokaal gegaan met de hele klas”, zegt Umama (13). Voor haar ligt een zakje met boterhammen. Ze praat snel. „Je ziet niet hoe laat het is, dus ik vraag aan random docenten hoe laat het is. Ik kan geen berichten checken. Mijn streak van Snap is gewoon weg.” Een Snapchatreeks krijg je als jij en een vriend elke dag minstens één bericht naar elkaar sturen.

Queen (12) valt Umama bij: „En gister had ik bijvoorbeeld een tussenuur en was ik op school bijna niks aan het doen, behalve zitten, voor twee uur lang. Het was echt heel saai.”

De school is bezig meer klokken op te hangen, zodat leerlingen geen telefoon nodig hebben, om te weten hoe laat het is. En omdat ze hun rooster niet meer kunnen bekijken op hun telefoon, moeten leerlingen van het Leonardo dat voortaan op een briefje schrijven.

In de aula

Lotte (15), Cato (14) en Danique (14) vinden dat onhandig. Ze hebben een tussenuur en zitten in de aula huiswerk te maken. „En soms is het ook onhandig als we in de les een bepaalde opdracht moeten doen waarvoor je je telefoon nodig hebt”, zegt Lotte. „Dan is het zo van: o, jullie hebben geen telefoon, dus nu kunnen we het niet doen.”

„En praten met elkaar deden we sowieso al wel”, vervolgt ze. „Maar er zaten eerst wel allemaal van die jongetjes daar te gamen.” Ze wijst naar de grote trappen in de aula. „Misschien dat die nu wel meer praten.”

Danique: „Eigenlijk denk ik juist dat het niet handig is, want als je nu thuiskomt, moet je eerst al je sociale media gaan checken voordat je gaat leren.” De andere meiden giechelen.

„Ik heb ’m trouwens gewoon in m’n tas zitten”, zegt Danique.

„Ik ook”, giechelt Lotte, „maar we durven ’m niet te pakken.”

Cato: „Want dan wordt-ie afgepakt en moet je wachten tot kwart over vier.”


Lees ook
Die mobieltjes zijn niet het probleem op school


De achternamen van de geïnterviewde leerlingen zijn bekend bij de redactie.



Leeslijst